Er beweegt wat aan de stroom


 

Wie waagt de sprong in de stroom?

 

Bijna een jaar na de liberalisering van de huishoudelijke elektriciteitsmarkt op 1 juli 2004 hebben reeds 6,8 % van de Vlamingen het gewaagd om van stroomleverancier te veranderen. Nog 19,7 % anderen waren iets voorzichtiger en gingen scheep met hun bestaande leverancier, kwestie van te kunnen genieten van de hun beloofde verlaagde tarieven. Dit betekent dat toch nog ongeveer drie kwart van de Vlamingen vanaf de oever de kat uit de boom blijft kijken.

Waaghalzerij is dus niet aan de Vlaming besteed. Want zeg nu zelf : is overstappen of scheep gaan geen waaghalzerij? Er zijn op dit ogenblik immers op verre na nog geen tariefzekerheden in stromenland. Vooral de nieuwe leveranciers veranderen voortdurend van tarief of van tariefformule. Probeer na een jaar nog maar eens uit te maken of uw eindafrekeningsfactuur correct is berekend en overeenkomt met de tarieven die destijds of intussentijd werden gepubliceerd.

WattPlus en vooral Citypower spannen de kroon met hun wijzigingen, maar ook de standaardleveranciers Electrabel en Luminus laten zich niet onbetuigd. Citypower's tarieven 20, 35, 70, 200 en 500 zijn er gekomen na enig geëxperimenteel met progressieve en degressieve tarieven in functie van het verbruik, vooral met het oog om goed te scoren in de 'profielsgewijze' tariefvergelijking van de VREG. Deze op Electrabel geïnspireerde tarieven zijn ondertussen alweer afgeschaft. WattPlus verandert wat geruislozer : dan eens wat hoger, dan eens wat lager. Of liever 'veranderde' wat geruislozer, want WattPlus is niet meer. Zij werd overgenomen door Essent Nederland, daarna door Essent België, die daarmee ook de klanten overnam (officieel "veranderde WattPlus van naam"). Toen WattPlus van een bvba in een nv veranderde, verleende de VREG prompt een nieuwe vergunning. Nu is er van Essent (België) nog geen sprake op de leverancierslijst van de VREG. Kan dat dan zomaar? Essent publiceert voortaan ook slechts het tarief "geldig tot vandaag". De laatste tarieven van WattPlus waren geldig tot 31 juli 2004. Uit de opsomming van de "taksen, bijdragen en heffingen" van WattPlus/Essent is niet uit te geraken.

Nuon veranderde ook van tactiek en liet haar tariefschijven variëren. Bij Nuon Comfort krijg je nu het eigenaardige effect dat de kWh-kost in een tweede schijf degressief is ten opzichte van de eerste schijf, maar dat in een derde schijf het tarief dan weer progressief wordt, waardoor de kilowattuur in deze schijf zelfs duurder is dan in de eerste schijf.

Twee leveranciers veranderden ook de verhouding tussen het dag- en nachttarief. Als je alleen een dagteller hebt, is het tarief goedkoper dan het dagtarief van de dubbele tariefmeter. Vroeger kostten de kWh bij deze leveranciers tijdens de daguren altijd hetzelfde, welke meter je ook had, zoals dat trouwens bij anderen nu nog het geval is.

Luminus had in de eerste maanden van de liberalisering ook slechts één gecombineerd dag/nacht-tarief, ongeacht de klant, en ging daar trouwens prat op. Nu is het verschillend naargelang u standaard- of contractklant bent.

Groenestroombijdragen veranderden voor (bijna) alle leveranciers, maar niet op dezelfde tijdstippen en ook voor verschillende bedragen. Zelfs de taxen en heffingen zijn niet dezelfde bij elke leverancier ! Om nog maar te zwijgen van de nettarieven, die niet alleen voorlopig zijn en zo om de drie maand al dan niet lichtjes wijzigen, maar waarbij de leveranciers soms vergeten om de ondertussen gewijzigde prijzen te vermelden. Wat gaan zij dan doen bij het opmaken van de eindfactuur? EBEM presteert het zelfs om einde mei 2004 nog tarieven te vermelden "aan index mei 2003"!

En hoe zit dat trouwens met die index? Vroeger was die ingewikkeld, maar kon je hem verifiëren bij het Controlecomité, desnoods met de hulp van een specialist. Alle tarieven zijn uiteraard geïndexeerd om rekening te houden met de inflatie, maar niemand weet met welke waarden. Hoe evolueren dan wel de prijzen? Ook voor de tarieven die volgens Ne en Nc, of afgeleiden ervan zijn geïndexeerd, tast men in het duister, want volgens welke formule gebeurt dat dan wel?

Een specialist in huis halen helpt niet : de tarieven zijn vrij en de manier van indexeren ook. Daar bestaan dus geen wettelijke regels voor. Maar is het logisch dat de overheid toelaat dat er geïndexeerde tarieven bestaan, zonder dat de indexatieformule wordt gepubliceerd? Alleen voor de standaardtarieven kan men vermoeden dat dit volgens de vroegere formule gebeurt, althans toch tot 31 juni van dit jaar (Zie verder i.v.m. het standaardtarief van Electrabel.)

Voor sommige tarieven zijn de prijzen vast "gedurende een jaar vanaf de ondertekening van het contract", maar wat na dat jaar? Hoe kom je dat te weten? Als je na dat jaar wil overstappen is het natuurlijk te laat, want je hebt eerst wel een opzegtermijn te respecteren. En hoe zit dat nu echt in elkaar met die opzegtermijnen en gegarandeerde tarieven voor een jaar, wanneer sommige kosten voor de leveranciers toch zouden wijzigen (nettarieven, heffingen, verplichtingen)? Minister Freya Van den Bossche wil alvast klaarheid met 'de kleine lettertjes' uit het contract en met de manier waarop contracten worden aangeboden. Tot zolang bent u op zichzelf aangewezen om de kleine lettertjes te interpreteren.

Ook de overheid laat zich niet onbetuigd. De lang aangekondigde Elia heffing, een heffing voor de compensatie van de gemeenten omdat zij nu geen winsten meer kunnen maken uit de verkoop van elektriciteit, zal er ongetwijfeld nog aankomen. Wanneer? In principe zitten de winsten van de gemeenten nog altijd in de standaardtarieven, maar de gemeenten krijgen ze niet meer. Gaan wij een tweede keer betalen, zoals de Gezinsbond vreest? En zal dat met terugwerkende kracht zijn of zal goed op voorhand worden aangekondigd vanaf welke datum deze heffing in voege gaat? In ieder geval zitten deze kosten zeker nog niet in de tarieven van de nieuwe leveranciers. Hoe goedkoop zijn de nieuwe leveranciers dan nog? Deze ene, toekomstige heffing is groter dan alle andere reeds bestaande samen.

Veertien dagen nadat Electrabel aankondigde dat de standaardtarieven voor de meeste klanten zouden dalen vanaf 1 juli 2004 (omdat ze worden afgeschaft !), bevestigt de VREG dat een einde is gekomen aan het 'herenakkoord' met de standaardleveranciers om de prijzen niet te laten stijgen. Zij constateert dat de standaardtarieven niet meer gelijk zijn, en dat in ieder geval deze van Electrabel zijn gestegen. Wie kan men nu nog geloven? En wanneer volgt Luminus met een wijziging van het standaardtarief? Hebben die niet dezelfde problemen met de vrije markt?

Wist je dat sommige heffingen aan de BTW onderhevig zijn en andere niet? Maar klopt dat wel? De leveranciers weten het zelf niet zo goed. Op het ogenblik dat zij het zelf zullen weten, zal je het ook wel geweten hebben. Met terugwerkende kracht misschien?

En ken je de kleine lettertjes en de aannamen bij de berekeningsmodules waarmee men de prijzen vergelijkt bij Stroomtarieven.be, de VREG, Test-Aankoop of de leveranciers zelf? Wat is eenmalig, wat zijn bijkomende kosten, is de korting voor domiciliëring inbegrepen, voor welke periode gelden de prijzen, is de gratis kWh correct verrekend, gaat het wel om een jaarlijkse kostprijs of alleen maar om de kost voor het eerste jaar, is het misschien een promotietarief, moet ook nog meterhuur worden betaald? Welke vergelijkingstool neemt gewoon de cijfers van de leverancier over en welke is kritisch ten opzichte van de kleine lettertjes of corrigeert ze met de werkelijke kosten?

Kloppen de berekeningen op de website van de leverancier met zijn tariefkaart en kloppen die ook met het contract? Heeft de leverancier wel een gepubliceerde tariefkaart waarop zijn internet-berekeningen zijn gebaseerd? Staat op zijn contract niet gewoon "tegen de tarieven geldig bij de ondertekening van het contract", zodat je na verloop van tijd gewoon niet meer weet tegen welk tarief dat is?

Bij zoveel onbeantwoorde vragen is het echt wel waaghalzerij om de sprong in de stroom te wagen en van leverancier te veranderen omwille van zijn goedkopere prijzen.

Zal de Vlaamse stroommarkt dan in elkaar klappen, zoals de VREG vreest, omdat Electrabel te machtig is? Het antwoord is neen. De nieuwe leveranciers zouden anders niet stilaan, zij het nog heel voorzichtig, beginnen investeren zijn of plannen hebben om productiecapaciteit te bouwen in België. Essent zou dan ook zijn naam nog niet hebben verbonden aan het experiment WattPlus (zie hoger).

Ondanks de hogere productieprijzen in Nederland, het quasi productiemonopolie van Electrabel in België en de chaos van de vrije elektriciteitsmarkt in Vlaanderen, is er toch hoop. Dat de leveranciers zelf nog niet weten tegen welke prijzen zij moeten verkopen en daardoor wat heen en weer bewegen, blijkt geen beletsel te zijn om vooral Nederlandse bedrijven vertrouwen te laten hebben in de waaghalzerij van de Vlaming. Dit in tegenstelling tot de Fransen, die nochtans lagere elektriciteitsproductiekosten hebben dan België en een afspraak met SPE hebben laten vallen.


Wanneer u op de hoogte wenst te blijven van nieuwe wendingen op het gebied van de liberalisering van de elektriciteitsmarkt of van de tariefstructuren, klik dan hier om onze elektronische nieuwsbrief te ontvangen.

| Top | Archief overzicht | Terug | Home |